|
Het instrumentenpaneel is de informatiecentrale voor de bestuurder.
Wagens met plug-inhybrideaandrijving*: het instrumentenpaneel wijkt af link►.
Wagens met aardgasaandrijving*: afwijkend instrumentenpaneel link►.
-1- | Koelvloeistoftemperatuurmeter of boostindicatie* "Koelvloeistoftemperatuurmeter"► "Motorolietemperatuurmeter en boostindicatie"► |
-2- |
|
-3- | Tabbladen* |
-4- | Centraal gedeelte met |
-5- | Statusregel (deze wordt als één of twee regels weergegeven) |
-6- | Resetknop voor dagteller ► |
-7- | Snelheidsmeter/comfortweergave |
-8- | Brandstofvoorraad ► |
-9- | Snelheidsmeter |
-10- | Linkernevenweergave (gesplitst bij de uitgebreide weergave) |
Er kunnen meer controlelampjes in de toerenteller -2-, in de snelheidsmeter -7-, in de statusregel -5- en afhankelijk van het instrumentenpaneel boven resp. onder het centrale gedeelte -4- verschijnen.
Op de volgende bladzijden worden met prioriteit weergaven van het meerkleurige analoge instrumentenpaneel* afgebeeld. Bij het monochrome instrumentenpaneel of bij de Audi virtual cockpit* kan de weergave resp. positie van de weergegeven elementen afwijken.
Let op
- Afhankelijk van de wagenuitrusting wordt bij uitgeschakelde verlichting en ingeschakeld contact de instrumentenverlichting (naalden en schalen) ingeschakeld. Bij afnemende omgevingshelderheid wordt de verlichting van de schalen automatisch verminderd en eventueel helemaal uitgeschakeld. Deze functie moet de bestuurder eraan herinneren om het dimlicht op tijd in te schakelen.
- De meeteenheden voor bijvoorbeeld temperatuur of snelheid kunt u in het infotainment veranderen link►.