Geldt voor wagens: met WLAN-hotspot
U kunt de MMI als WLAN-hotspot voor de internettoegang voor maximaal 8 WLAN-apparaten gebruiken. Tijdens het rijden is een beperkt gebruik van niet-bevestigde, lichte, kleine WLAN-apparaten alleen achter in de wagen mogelijk.
Voorwaarde: het contact is ingeschakeld.
De toets MENU > Telefoon > rechterkeuzetoets > WLAN-instellingen kiezen.
Via het menu WLAN-instellingen kunnen de volgende instellingen worden uitgevoerd:
WLAN-modus
De WLAN-hotspot van de MMI is af fabriek gedeactiveerd. De WLAN-hotspot op Hotspot schakelen, voordat u een verbinding tussen uw wagen en uw WLAN-apparaat tot stand brengt.
- Hotspot: de WLAN-hotspot van de MMI is actief en voor andere apparaten zichtbaar. Een verbinding met nieuwe WLAN-apparaten kan tot stand worden gebracht.
- Hotspot en Client: de WLAN-hotspot van de MMI is actief. Er kan een internetverbinding met een persoonlijke WLAN-hotspot (bv. smartphone) tot stand worden gebracht. Via Netwerk zoeken link► kunt u uw persoonlijke hotspot zoeken en met de MMI verbinden link►.
- Uit: de WLAN-hotspot van de MMI is gedeactiveerd. Een internetverbinding is niet mogelijk.
Hotspot-instellingen
De WLAN-verbinding tussen uw wagen en uw WLAN-apparaat (laptop, mobiele telefoon) ist gecodeerd. Om een verbinding tot stand te brengen, moet u bij het inrichten van uw WLAN-apparaat de volgende waarden ingeven. Deze kunt u indien gewenst wijzigen.
- Toegangspunt (SSID): naam van het WLAN-netwerk
- Wachtwoord: af fabriek werd in de MMI een willekeurig wachtwoord ingesteld. Het wachtwoord kan worden gewijzigd. De coderingsmethode WPA2 vereist een wachtwoordlengte van ten minste 8 tekens. Een overeenkomstig veilig wachtwoord kiezen.
- Voor anderen zichtbaar: de zichtbaarheid van uw WLAN-netwerk kan worden in- en uitgeschakeld.
Netwerk zoeken
Er wordt een lijst met beschikbare WLAN-netwerken in uw omgeving weergegeven.
ATTENTIE
- Laat u als bestuurder door de gebruiksmogelijkheden van de WLAN-hotspot niet van de verkeerssituatie afleiden – gevaar voor ongevallen!
- Laptops en vergelijkbaar zware apparaten kunnen alleen bij stilstand van de wagen veilig worden gebruikt, omdat ze zoals alle losse voorwerpen in geval van een ongeval door de wagen worden geslingerd en zware verwondingen kunnen veroorzaken. Dergelijke apparaten moeten tijdens het rijden veilig worden opgeborgen.
- Tijdens de rit mogen op de voorste zitplaatsen in het werkingsgebied van de airbags geen WLAN-apparaten gebruikt worden. Let ook op de waarschuwingsaanwijzingen in het hoofdstuk „Airbagsysteem“ onder „Belangrijke aanwijzingen voor het voorairbagsysteem“ link►.
VOORZICHTIG
Let erop, dat voorzieningen voor de gegevensbeveiliging, antivirusbeveiliging en bescherming tegen verlies van gegevens op mobiele apparaten, die u voor internetgebruik via de WLAN-hotspot gebruikt, binnen uw eigen verantwoordelijkheid vallen.
Let op
- Normaliter is voor het gebruik van de WLAN-hotspot een apart telefooncontract tegen bepaalde kosten nodig. Meer informatie is verkrijgbaar bij uw provider.
- Door de ontvangst van datapakketten van internet via WLAN-hotspots kunnen, afhankelijk van uw telefoontarief en in het bijzonder bij gebruik in het buitenland, extra kosten ontstaan: het gebruik van een dataflatrate wordt dringend aanbevolen! Meer informatie is verkrijgbaar bij uw provider.
- Meer informatie over de Audi connect diensten vindt u op internet op www.audi.com/connect (www.audi.de/connect).