|
|
Geldt voor wagens met parkeerhulp plus/parkeerassistent
-
- Afb. 139Principeafbeelding: Registratiegebieden van de ultrasoonsensoren
-
- Afb. 140Scherm: Optische afstandsindicatie
De parkeerhulp plus ondersteunt u bij het inparkeren door akoestische en optische waarschuwingen voor obstakels.
In de voor- en achterbumper zitten sensoren. Als deze een obstakel herkennen, wordt u met akoestische en optische signalen daarop gewezen.
Let erop dat de sensoren niet door stickers, vuilaanslag of iets dergelijks worden afgedekt, omdat dit de werking van het systeem kan belemmeren. Aanwijzingen voor het schoonmaken link►.
Het weergavegebied begint ongeveer bij:
-1-
|
1,20 m |
-2-
|
0,90 m
|
|
-3-
|
1,60 m |
-4-
|
0,90 m
|
|
-5-*
|
0,90 m1) |
Akoestische waarschuwingen
Hoe dichter u een herkend obstakel op uw rijweg nadert, des te korter wordt de tijd tussen de akoestische signalen. Bij een afstand kleiner dan ca. 0,30 m aan de voor- en achterzijde klinkt er een aanhoudende toon. Aan de zijkant* naast de wagen klinkt er een aanhoudende toon onder circa 0,20 m. Rijd niet verder vooruit resp. naar achter ►, ►.
Optische waarschuwingen
De optische waarschuwingen op het bovenste scherm moeten helpen het kritische wagengebied te herkennen en de afstand tot een obstakel in te schatten
afb.140►.
Rode segmenten geven herkende obstakels op uw rijweg weer. De rode lijnen markeren de afhankelijk van de stuurinslag te verwachten rijweg. Een wit segment geeft een herkend obstakel weer dat zich buiten de rijweg bevindt. Hoe dichter uw wagen in de buurt van een obstakel komt, des te dichter komen de segmenten bij de wagen. Uiterlijk wanneer het voorlaatste segment wordt weergegeven, is een botsing nabij. In de zone waarin een aanrijding kan plaatsvinden, worden obstakels - ook buiten de rijweg - rood weergegeven. Niet verder naar voren of achteren rijden ►, ►!
Let op
- De segmenten aan de zijkant* worden tijdens het voorbijrijden geregistreerd en geanalyseerd. Als u het contact uit- en weer inschakelt of het portier opent of als de wagen een bepaalde tijd stilstaat, kan de omgeving in de tussentijd zijn veranderd. In dit geval wordt het gebied aan de zijkant* zo lang zwart weergegeven tot het gebied is geregistreerd en geanalyseerd.
- Als de afstand tot een obstakel constant blijft, wordt het volume van de afstandswaarschuwing na enkele seconden geleidelijk verlaagd tot aan volledige onderdrukking (geldt niet voor de aanhoudende toon). Als een obstakel dichterbij komt dan voor de geluidsonderdrukking klinkt de toon weer. Als het obstakel verder weg is dan voor de geluidsonderdrukking klinkt er geen toon. Let ook op de omgeving van de wagen als u wegrijdt.
- Als aanhangwagengebruik wordt herkend, vindt er aan de achterzijde en zijkant* geen afstandswaarschuwing plaats. De sensoren aan de voorzijde van de wagen blijven actief. De optische weergave schakelt over op rijden met een aanhangwagen. Bij naderhand ingebouwde trekhaak kan niet worden gegarandeerd dat de functies worden uitgeschakeld.