Dynamische navigatie: bij ingeschakelde dynamische filevermijding (Aan) wordt de route op basis van TMC-verkeersinformatie automatisch aangepast. Als de MMI geen alternatieve route berekent, ondanks dat u dynamische filevermijding aan gekozen heeft en op de geplande route een file is gemeld, is de door het navigatiesysteem berekende alternatieve route tijdrovender dan het geschatte tijdsverlies door de file.

Alternatieve routes: bij ingeschakelde functie (Aan) worden maximaal drie routevoorstellen en hun eigenschappen in het menu aan de zijkant op het MMI-scherm weergegeven. Na de wissel naar de kaartweergave wordt de route, die overeenkomstig de door u ingestelde criteria berekend is, gemarkeerd. Door de draai-drukknop te draaien en in te drukken kunt u de mogelijke alternatieve routes kiezen.

Routetype: kies een korte, snelle of zuinige (econom.) route.

Autosnelweg/Vignet¹⁾/Tolweg/Tunnel¹⁾/Veerboot/Per spoor¹⁾: als het navigatiesysteem autosnelwegen, tolwegen, wegen waar een vignet verplicht is, tunnels, veerboten of trajecten per spoor niet moet meenemen bij de berekening van de route, kunt u de functie Mijden instellen.

Op bep. tijden gesloten: met de functie Mijden worden op bepaalde tijden gesloten wegen (bv. voetgangerzones) van de routeberekening uitgesloten. Met auto beslist de MMI op basis van in de navigatiegegevens opgeslagen vermeldingen, of de op bepaalde tijden gesloten weg in de berekening van de routegeleiding betrokken kan worden.

In bep. seizoenen gesloten: met de functie Mijden worden in bepaalde seizoenen gesloten wegen (bv. wegen over een bergpas) van de routeberekening uitgesloten. Met auto bepaalt de MMI op basis van in de navigatiegegevens opgeslagen vermeldingen of de in bepaalde seizoenen gesloten weg in de berekening van de routegeleiding kan worden opgenomen.

Dag/Nacht: de kaart wordt met een lichte of donkere achtergrond weergegeven.

auto: bij het inschakelen van de verlichting wisselt de kaartkleur van dag naar nacht.

Noord²⁾: de kaart is naar het noorden gericht.

Rit: de kaart is in rijrichting gericht. Bij een schaalgrootte vanaf 100 km wordt de kaart voor een gemakkelijker oriëntatie naar het noorden gericht.

auto: bij een schaalgrootte tot 5 km is de kaart in rijrichting gericht. Bij een schaalgrootte vanaf 5 km wordt de kaart naar het noorden gericht.

Reisdoel: het reisdoel wordt gemarkeerd door een vlaggetje. De kaart toont het reisdoel en is naar het noorden gericht.

Positie 2D: de huidige positie van de wagen wordt weergegeven. De kaartoriëntatie komt overeen met de instelling in het menu Oriëntatie Link.

Positie 3D: bij ingeschakelde functie wordt de huidige positie van de wagen in een driedimensionaal landschapsmodel weergegeven en de kaartrichting Rijrichting automatisch ingesteld. Bij een schaalgrootte vanaf 100 km wordt de kaart naar het noorden gericht. De weergave van beschikbare driedimensionale stadsmodellen gebeurt op een schaal van 30 m - 100 m, driedimensionale bezienswaardigheden worden op een schaal van 30 m - 200 m weergegeven.

Overzicht: de totale route vanaf de wagenpositie tot het reisdoel wordt op de kaart weergegeven. De kaartschaal is afhankelijk van de lengte van de route. De kaart is naar het noorden gericht.

Verschillende typen kaartinhoud, zoals verkeersinformatie, favorieten of restaurants, kunnen wel () of niet weergegeven worden.

De functies in het menu Kaartinhoud zijn afhankelijk van de gekozen kaartweergave Link.

Bij ingeschakelde functie (Aan) worden tijdens de routegeleiding de drie eerstvolgende richtingsveranderingen met berekende afstand en tijdstip op het MMI-scherm weergegeven -9- Afb. 1.

Daarnaast worden de bereden weg, aanstaande manoeuvres, verkeersinformatie of bijzondere reisdoelen voor de actuele route weergegeven.

De eerstvolgende manoeuvre staat in het onderste gedeelte van de lijst.

Aan: de schaal van de kaart wordt afhankelijk van de bereden wegklasse (autosnelweg, provinciale weg, overige weg) automatisch gekozen. Bij aanstaande manoeuvres wordt de kaartschaal automatisch verkleind voor een betere detailweergave.

Kruispunt: bij actieve routegeleiding wordt bij aanstaande manoeuvres tijdelijk op een meer gedetailleerde schaal ingezoomd, ter verduidelijking van het wegenverloop.

Uit: de door u ingestelde kaartschaal wordt permanent behouden.

Wanneer de brandstofmeter onder de reservemarkering komt, verschijnt bij ingeschakelde functie (Aan) een aanwijzing. Door de aanwijzing te bevestigen wordt een lijst met tankstations in de nabije omgeving weergegeven. Bij selectie van een tankstation wordt de routegeleiding vanaf de actuele wagenpositie berekend.

De weergave van de maximumsnelheid op snelwegen, autowegen en regionale wegen kan, indien in de navigatiegegevens opgenomen, worden in- of uitgeschakeld (Aan/Uit).

De navigatiemeldingen kunnen Volledig of Verkort worden gegeven. Bij Uit worden geen navigatiemeldingen weergegeven.

Als u de toets Afb. 2 indrukt, kan een gesproken aanwijzing worden gegeven.

Navigatiemeldingen tijdens een telefoongesprek kunnen worden in- en uitgeschakeld.

De laatst ingegeven reisdoelen worden automatisch opgeslagen. Deze kunnen afzonderlijk of allemaal tegelijk worden gewist.

De Demomodus kan u helpen bij het effectief plannen en samenstellen van een rit, met gebruikmaking van kaartinhouden en routecriteria. U kunt handmatig een Startpunt plaatsen, wanneer u bijvoorbeeld een route vanaf een andere positie dan uw huidige positie wilt laten berekenen. Om de routegeleiding te simuleren, start u de Demomodus.