|
- Afb. 1 Multifunctiestuurwiel: Bedieningselementen van het bestuurdersinformatiesysteem
- Afb. 2 Automatische airconditioning: Bedieningselementen
Geldt voor wagens: met interieurvoorverwarming en -voorventilatie
De interieurvoorverwarming en -voorventilatie verwarmt en ventileert het interieur van de wagen en kan zowel bij afgezette motor als tijdens het rijden (bv. in de warmdraaifase van de motor) worden gebruikt.
U heeft twee instellingsmogelijkheden:
Handmatig in- en uitschakelen - u kunt de interieurvoorverwarming en -voorventilatie direct in- en uitschakelen ofwel:
Afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de ingestelde temperatuur schakelt de wagen de interieurvoorverwarming of de interieurvoorventilatie in.
Automatisch in- en uitschakelen (timer instellen) - met de timer kunt u het tijdstip instellen, waarop uw wagen de ingestelde temperatuur moet hebben bereikt. De ingestelde temperatuur en de omgevingstemperatuur bepalen dan, wanneer de interieurvoorverwarming of interieurvoorventilatie wordt ingeschakeld. In de MMI* kunt u drie verschillende timers
►Link, met de afstandsbediening één timer instellen
►Link.
Aanwijzingen voor de bestuurder op het display
Standverwarming/-ventilatie: momenteel niet beschikbaar. Accuspanning te gering!
Als deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, is de ladingstoestand van de accu te gering. Om de interieurvoorverwarming te kunnen gebruiken, moet de motor ook draaien.
Standverwarming/-ventilatie: momenteel niet beschikbaar. Brandstofgebrek!
Om de brandstofvoorraad te ontzien, kan de interieurvoorverwarming bij een laag brandstofpeil niet worden ingeschakeld.
Standverwarming/-ventilatie: systeemstoring! Niet beschikbaar
Als deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, is er sprake van een systeemstoring. Direct naar een (Audi-)specialist rijden en de storing laten verhelpen.
ATTENTIE!
- De interieurvoorverwarming mag in een gesloten ruimte niet zijn ingeschakeld - gevaar voor vergiftiging!
- De interieurvoorverwarming mag tijdens het tanken niet zijn ingeschakeld - brandgevaar!
- Vanwege de hoge temperaturen die bij het gebruik van de interieurvoorverwarming voorkomen, moet u de wagen zo parkeren, dat de hete uitlaatgassen aan de onderzijde van de motorafdekking ongehinderd naar buiten kunnen en niet direct met licht ontvlambaar materiaal in contact komen.
Aanwijzing
- Op welke temperatuur de interieurvoorverwarming of -voorventilatie regelt, is afhankelijk van uw laatst ingestelde temperatuur ►Link.
- Bij lage buitentemperaturen kan er bij de motorruimte waterdamp worden gevormd. Dat is een normaal natuurkundig verschijnsel en daarom geen reden voor bezorgdheid.
- De interieurvoorverwarming of -voorventilatie schakelt niet in of vroeger uit, als de lading van de accu te gering of de brandstofvoorraad te laag is.