Gebruiksaanwijzing AUDI TT Coupe 2017
Audi TT Coupé 2017Tips om het ze... Reparatiehulp Starthulp
Beide startkabels moeten in de juiste volgorde worden vastgeklemd.
Afbeelding 238Motorruimte: Aansluitpunten voor startkabels of acculader
Afbeelding 238Motorruimte: Aansluitpunten voor startkabels of acculader
Afbeelding 239Startkabels aansluiten
Afbeelding 239Startkabels aansluiten
De aansluitpunten voor de startkabels zitten in de motorruimte.
Let op de aanwijzingen over de accu link.
Pluskabel (rood) op de pluspolen aansluiten
Rode afdekking op de pluspool openklappen Afbeelding238.
Een uiteinde van de pluskabel (rood) aan het starthulppunt -1- Afbeelding239 van uw wagen vastmaken.
Het andere uiteinde van de pluskabel (rood) aan de pluspool -2- van de stroombron vastmaken.
Minkabel (zwart) op de minpolen aansluiten
Het ene uiteinde van de minkabel (zwart) aan de minpool -3- van de stroombron vastmaken.
Het andere uiteinde van de minkabel (zwart) aan het starthulppunt -4- van uw wagen vastmaken.
Motor starten
Als u voor het starten een helpende wagen gebruikt, de motor hiervan starten en stationair laten draaien.
Nu de motor van uw wagen met de ontladen accu starten.
Indien de motor niet aanslaat: starten na 10 seconden afbreken en na ca. 30 seconden weer herhalen.
Bij uw wagen de achterruitverwarming inschakelen, om bij het losmaken van de startkabels optredende spanningspieken af te bouwen. De rijverlichting moet uitgeschakeld zijn.
Kabels bij draaiende motoren in de omgekeerde volgorde van wat hierboven beschreven staat verwijderen.
Rode afdekking op de pluspool dichtklappen.
ATTENTIE
  • Startkabels mogen nooit direct op de accu van uw wagen worden aangesloten. Gebruik uitsluitend de aansluitingen in de motorruimte.
  • De niet-geïsoleerde delen van de pooltangen mogen elkaar niet raken. Bovendien mag de op de pluspool van de accu vastgemaakte kabel niet met elektrisch geleidende delen van de wagen in aanraking komen - gevaar voor kortsluiting!
  • De vuldoppen van de accucellen stevig vastschroeven.
  • Ontstekingsbronnen (open licht, brandende sigaretten, enz.) verwijderd houden van de accu s - explosiegevaar!
  • Als u een andere wagen starthulp verleent, de startkabels zo plaatsen dat zij niet door draaiende onderdelen in de motorruimte van de andere wagen kunnen worden geraakt.
VOORZICHTIG
Let erop dat de hiervoor beschreven handelingen voor het aansluiten van de startkabels gelden als uw wagen starthulp krijgt. Als u aan een andere wagen starthulp geeft, moet u de minkabel (-) aan een massief, vast op het motorblok vastgeschroefd metalen onderdeel of aan het motorblok zelf vastmaken. Als bij de accu van de stroomontvangende wagen de lucht niet naar buiten wordt afgevoerd, bestaat er explosiegevaar door knalgas!
Let op
Let erop dat de aangesloten startkabels voldoende contact met het metaal hebben.