|
- Afb. 1 Sleutel met radiografische afstandsbediening: Knoppenbezetting
Om de wagen te ontgrendelen, drukt u op de knop Afb. 1.
Om de achterklep te openen, drukt u de knop in.
Als de wagen wordt ontgrendeld en er binnen 60 seconden geen portier, achterklep of motorkap wordt geopend, wordt de wagen automatisch weer vergrendeld. Deze functie voorkomt dat de wagen onbedoeld continu is ontgrendeld.
Of bij het ontgrendelen de hele wagen of alleen het bestuurdersportier wordt ontgrendeld, is afhankelijk van de instellingen in het infotainment ►Link.
Geldt voor wagens met alarmsysteem*: bij van buitenaf vergrendelde wagen met ingeschakeld Safelock* mogen er geen personen - vooral geen kinderen - in de wagen achterblijven, omdat de portieren en ruiten van binnenuit niet meer kunnen worden geopend ►Link. Vergrendelde portieren maken het hulpverleners moeilijk om in geval van nood in de wagen te komen - levensgevaar!
Aanwijzing
- Bedien de sleutel met radiografische afstandsbediening alleen als u zicht op de wagen heeft.
- Bij wagens met comfortsleutel* moet de keuzehendel in stand P staan, anders kan de wagen niet worden vergrendeld.