Geldt voor wagens met Audi drive select
De volgende systemen worden onder andere door drive select beïnvloed:
Motor en automatische versnellingsbak*
Motor en automatische versnellingsbak* reageren afhankelijk van de modus spontaner of evenwichtiger op bewegingen van het gaspedaal. In de sportieve modus dynamic liggen de schakelpunten in hogere toerentalbereiken. In de modus efficiency* daarentegen liggen de schakelpunten juist in lagere toerentalbereiken. Daardoor kan het brandstofverbruik worden gereduceerd.
Geldt voor wagens met luchtvering
De luchtvering is een elektronisch geregeld dempings- en niveauregelingssysteem. De hardheid van de dempers wordt aan het wegdek en de rijsituatie aangepast. Het systeem compenseert wijzigingen in de belading. Daarbij wordt het wagenniveau afhankelijk van de rijsnelheid trapsgewijs aangepast om bij hoge snelheden de luchtweerstand te verminderen en bij lage snelheden de bodemvrijheid te verhogen. De instellingen zijn afhankelijk van de gekozen Audi drive select*-modus.
Dempingsregeling*
De dempingsregeling* registreert middels sensoren informatie over stuurbewegingen, rem- en acceleratie-ingrepen door de bestuurder alsmede informatie over wegoppervlak, rijsnelheid en wagenbelading. Daardoor kan bijna onvertraagd de demping aan de rijsituatie worden aangepast. Met drive select kunt u de dempingsregeling sportief georiënteerd (dynamic), comfortabel (comfort) of evenwichtig (auto) instellen.
Stuurinrichting
De stuurinrichting kan wat betreft stuurbekrachtiging worden aangepast. Op lange snelwegritten is een lichte indirecte besturing zoals in de modus comfort zeer prettig. In de modus dynamic is de besturing sportief direct.
Bij wagens met dynamische stuurbekrachtiging* geldt bovendien het volgende: om de stuurinspanning voor de bestuurder altijd zo optimaal mogelijk te houden, wordt de stuuroverbrenging afhankelijk van de rijsnelheid aangepast. Zo is bij hogere snelheden een lagere gevoeligheid van de stuurinrichting ingesteld om de controle over de wagen te verbeteren. Bij lagere snelheden reageert de stuurinrichting directer om bijvoorbeeld bij het manoeuvreren de stuurinspanning voor de bestuurder zo gering mogelijk te houden. Daarnaast biedt de dynamische stuurbekrachtiging* bij lage en gemiddelde snelheden een soepel stuurgedrag.
Sportdifferentieel*
Als onderdeel van de 4-wielaandrijving (quattro) link► verdeelt het sportdifferentieel de aandrijfkrachten situatieafhankelijk over de achteras. De krachtverdeling varieert afhankelijk van de gekozen modus van gematigd (comfort) tot sportief (dynamic). Zo wordt een grote mate van wendbaarheid en acceleratievermogen bij het rijden van bochten verkregen. De wagen reageert zeer goed op stuurbewegingen.
Airconditioning
De airconditioning werkt in de modus efficiency* bijzonder zuinig.
Snelheidsregelsysteem*
Het acceleratiegedrag is in de modus efficiency* bijzonder zuinig.
Adaptive cruise control (ACC)*
Het acceleratiegedrag is afhankelijk van de modus drive select instelbaar van comfortabel tot sportief. Ook reageert de adaptive cruise control evenwichtiger of spontaner op het rijgedrag van de voorligger. In de modus efficiency* wordt een zuiniger afstelling gekozen.
Motorgeluid*
De klank van de motor wordt aan de gekozen modus aangepast en is beschaafd tot sportief.
VOORZICHTIG
Geldt voor wagens met luchtvering
- Let er bij het parkeren op dat boven en onder de wagen voldoende vrije ruimte is. Door temperatuurwisselingen, wijzigingen in de belading en wijzigingen van de rijmodi kan de wagenhoogte (bodemvrijheid!) van de geparkeerde wagen veranderen.
- De riemen die bij het transport op een vrachtwagen, trein, schip of een ander vervoersmiddel worden gebruikt om de wagen te bevestigen, mogen alleen over de loopvlakken van de wielen (omtrek) lopen! De bevestigingsriemen mogen niet worden vastgemaakt aan onderdelen van de as, aan veerpoten of aan sleepogen, omdat de druk in de luchtveren om technische redenen tijdens het transport kan veranderen. In dat geval kan niet worden gegarandeerd dat de wagen goed vaststaat.
Let op
- Bij sommige type-uitvoeringen wordt de topsnelheid van de wagen alleen bereikt in de rijmodi auto en dynamic.
- Bij keuze van de modus dynamic wordt automatisch de rijstand S ingeschakeld, in de modus efficiency* de rijstand E.
- (Geldt voor wagens met schakelbak: ) als u in de modus efficiency* het gaspedaal over het drukpunt heen helemaal intrapt, wordt het motorvermogen automatisch zo geregeld dat de wagen maximaal accelereert.
- Houd er rekening mee dat bij aanhangwagengebruik
- de modus efficiency* niet beschikbaar is.
- het sportdifferentieel* in de modus dynamic niet sportief maar evenwichtig is ingesteld.