|
Breng de wagen tot stilstand.
Op de START ENGINE STOP-knop drukken
afb.►.
(Geldt voor wagens met stuurvergrendeling: ) De stuurinrichting wordt vergrendeld als u de motor afzet en het bestuurdersportier opent. Door de stuurvergrendeling wordt een mogelijke diefstal van de wagen bemoeilijkt.
Nood-uitfunctie*
Indien dit bij uitzondering noodzakelijk is, kan de motor ook tijdens het rijden bij snelheden vanaf 7 km/h worden afgezet. Om de motor af te zetten drukt u tweemaal kort na elkaar op de START ENGINE STOP-knop of eenmaal lang.
ATTENTIE
- Zet de motor nooit af voordat de wagen volledig tot stilstand is gekomen. De volledige werking van de rembekrachtiger en de stuurbekrachtiging is dan niet gegarandeerd. Wanneer de motor is afgezet, hebt u meer kracht nodig om te sturen of te remmen. Omdat u daarbij niet zoals gewoonlijk kunt sturen en remmen, kan dit tot ongevallen en ernstig lichamelijk letsel leiden.
- Als u de wagen verlaat, schakelt u het contact uit en neemt u de wagensleutel mee. Anders kan de motor worden gestart of kunnen elektrische uitrustingen, zoals bijvoorbeeld de ruitbediening, worden bediend. Dit kan tot zware verwondingen leiden.
- Om veiligheidsredenen de wagen altijd in de rijstand P parkeren. Anders bestaat het gevaar dat de wagen onbedoeld wegrolt.
VOORZICHTIG
Nadat de motor langere tijd zwaar is belast, ontstaat warmteophoping in de motorruimte als de motor is afgezet - gevaar voor schade aan de motor! Laat daarom de motor nog ca. 2 minuten stationair draaien, voordat u deze afzet.
Let op
Nadat de motor is afgezet, kan de koelluchtventilator ook bij uitgeschakeld contact nog maximaal tien minuten blijven draaien of na enige tijd weer inschakelen.