|
Een doorgebrande zekering is te herkennen aan de doorgesmolten metalen strook.
De zekeringen zitten in de voetenruimte onder de voetensteun (wagens met links stuur) -A- Afbeelding348► resp. achter een afdekking (wagens met rechts stuur) -B-. Andere zekeringen zitten aan de voorzijde van de bestuurdersruimte (bestuurderszijde) -C- Afbeelding349► en onder de linkerafdekking in de bagageruimte -D-.
Contact en alle stroomverbruikers uitschakelen.
Aan de hand van de volgende tabellen kijken welke zekering bij de verbruiker hoort.
Schroevendraaier en omkeerbare Torxdopsleutel uit het wagengereedschap nemen link►.
Voetensteun resp. de betreffende afdekking verwijderen.
Zo nodig de gekleurde kunststof beugel uit de zekeringenhouder trekken Afbeelding►. De kunststof beugel kan daarna worden afgevoerd.
Klem van de achterzijde van de afdekking losmaken -C-.
De zekering met de klem eruit trekken.
De doorgebrande zekering alleen vervangen door een zekering met dezelfde sterkte.
Voetensteun resp. de afdekking weer aanbrengen.
Kleuraanduiding van de zekeringen
Kleur
|
Stroomsterkte in ampère |
Zwart
|
1 |
Lila
|
3 |
Lichtbruin
|
5 |
Bruin
|
7,5 |
Rood
|
10 |
Blauw
|
15 |
Geel
|
20 |
Wit of helder
|
25 |
Groen
|
30 |
Oranje
|
40 |
ATTENTIE
Zekeringen niet repareren en een doorgebrande zekering nooit vervangen door een zekering met meer ampère. Er kan schade aan de elektrische installatie optreden – brandgevaar!
VOORZICHTIG
Als een nieuw geplaatste zekering na korte tijd weer doorbrandt, moet de elektrische installatie zo snel mogelijk door een (Audi-)specialist worden gecontroleerd.
Let op
- Vrije zekeringenplaatsen worden in de onderstaande tabellen niet genoemd.
- Enkele van de in de onderstaande tabellen vermelde verbruikers horen alleen bij bepaalde type-uitvoeringen of zijn meeruitvoeringen