- Afb. 1 Ruitenwisserhendel: Bedieningselementen van de boordcomputer
Geldt voor wagens: met boordcomputer
De boordcomputer wordt met twee schakelaars in de ruitenwisserhendel bediend.
Bedieningsprincipe
Voor weergave van het geheugenniveau, RESET-toets -B- Afb. 1 indrukken tot het gewenste geheugenniveau op het display verschijnt.
Om binnen een geheugenniveau de ritinformatie na elkaar weer te geven, op de boven- of onderzijde van de functiekeuzeschakelaar -A- drukken.
De boordcomputer kan alleen bij ingeschakeld contact worden bediend. Wanneer het contact wordt ingeschakeld, wordt die functie weergegeven, die gekozen was, voordat het contact werd uitgeschakeld.
Op het display kan naast de informatie van de boordcomputer (1, 2 en het efficiencyprogramma*) ook de informatie van de overige systemen worden weergegeven. Om tussen deze informatievormen te wisselen, de RESET-toets -B- kort indrukken.
Waarden op nul zetten
Een waarde kiezen in de gewenste boordcomputer resp. in het efficiencyprogramma*.
RESET-toets -B- ten minste een seconde indrukken. Alle waarden van de gekozen boordcomputer resp. het efficiencyprogramma* worden op nul teruggezet.
Als de gegevens in de boordcomputer worden gewist, worden ook de waarden in het efficiencyprogramma* teruggezet.
Bij sommige wagenuitrustingen kunnen de waarden van het ritgeheugen resp. reisgeheugen ook in het infotainment worden gewist Link.
Aanwijzing
Als de kabels van de accu worden losgemaakt, worden alle opgeslagen waarden gewist.