Het systeem kan geen goede herkenning van objecten meer garanderen en wordt uitgeschakeld. De sensoren zijn versteld of defect. Bovendien kunnen de functies van de Audi pre sense zijn beïnvloed. Naar een (Audi-)specialist rijden en de storing laten verhelpen.

Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als het zicht van de radarsensor, bijvoorbeeld door bladeren, sneeuw, sterk opspattend water of verontreiniging is belemmerd. Sensoren schoonmaken Afb.1.

De maximaal mogelijke rijbaanhelling voor een veilig gebruik van de adaptive cruise control is overschreden. De adaptive cruise control wordt uitgeschakeld.

Kiest u rijstand D/S of M.

Als de parkeerrem wordt bediend, schakelt de adaptive cruise control uit.

De aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als het elektronische stabiliseringsprogramma (ESP) regelend ingrijpt. In dit geval wordt de adaptive cruise control automatisch uitgeschakeld.

De aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als de adaptive cruise control de parkeerrem niet kan inschakelen. Rempedaal intrappen, om wegrollen van de wagen te voorkomen.

Drie witte punten verschijnen, als een instelling met de bedieningshendel niet mogelijk is. Dit is bijvoorbeeld het geval, als de adaptive cruise control in langzaam rijdend en stilstaand verkeer niet automatisch kan wegrijden, omdat de bestuurder de veiligheidsgordel niet heeft omgegespt.

Bij geopend portier kunt u de adaptive cruise control niet inschakelen.

De aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als u de adaptive cruise control wilt inschakelen en zich direct vóór uw wagen een stilstaande voorligger of een obstakel bevindt.