- Afb. 1 Middenconsole: Schakelaar voor bediening cabrioletkap
Als er een storing is opgetreden kan de cabrioletkap handmatig worden gesloten.
Parkeerrem vastzetten.
Alle ruiten openen.
Contact uitschakelen.
Om de druk uit de cabrioletkaphydraulica af te bouwen, circa 10 tot 15 seconden aan schakelaar AAfb. 1 trekken.
Cabrioletkap alleen in geval van nood handmatig sluiten. Laat u daarbij door een tweede persoon helpen. Direct naar een (Audi-)specialist rijden en de storing laten verhelpen.
-
Bij alle stappen van de cabrioletkapnoodbediening bestaat het gevaar dat uw handen bekneld raken of dat u andere personen verwondt.
- Verzeker u ervan, dat alle ruiten bij de cabrioletkapnoodbediening omlaag staan.
- Grijp niet in het kapframe van de cabrioletkap of andere bewegende onderdelen.
- Nooit met een niet goed vergrendelde cabrioletkap rijden. Anders bestaat het gevaar dat de cabrioletkap door de rijwind wordt geopend. Dit kan verwondingen en beschadiging van de wagen tot gevolg hebben - gevaar voor ongevallen!
Aanwijzing
Nadat u een noodbediening van de cabrioletkap hebt uitgevoerd, is de hemelbekleding niet meer vastgeklikt en het deksel van de opbergruimte voor cabrioletkap niet vergrendeld. Direct naar een (Audi-)specialist rijden en de storing laten verhelpen.