|
Beide startkabels moeten in de juiste volgorde worden vastgeklemd.
De aansluitpunten voor de startkabels zitten in de motorruimte.
Let op de aanwijzingen over de accu link►.
Pluskabel (rood) op de pluspolen aansluiten
Klap de rode afdekking op de pluspool open
Afbeelding322►.
Bevestig een uiteinde van de pluskabel (rood) aan het starthulppunt -1-
Afbeelding323► van uw wagen.
Bevestig het andere uiteinde van de pluskabel (rood) aan de pluspool -2- van de stroombron.
Massakabel (zwart) op de minpolen aansluiten
Bevestig een uiteinde van de massakabel (zwart) aan de minpool -3- van de stroombron.
Bevestig het andere uiteinde van de massakabel (zwart) aan het starthulppunt -4- van uw wagen.
Motor starten
Als u voor het starten een helpende wagen gebruikt, de motor hiervan starten en stationair laten draaien.
Nu de motor van uw wagen met de ontladen accu starten.
Indien de motor niet aanslaat: starten na 10 seconden afbreken en na ca. 30 seconden weer herhalen.
Bij uw wagen de achterruitverwarming inschakelen om de spanningspieken die ontstaan bij het losmaken van de startkabels af te bouwen. De rijverlichting moet uitgeschakeld zijn.
Kabels bij draaiende motoren in de omgekeerde volgorde van wat hierboven beschreven staat verwijderen.
Rode afdekking op de pluspool dichtklappen.
ATTENTIE
- Startkabels mogen nooit direct op de accu van uw wagen worden aangesloten. Gebruik uitsluitend de aansluitingen in de motorruimte.
- De niet-geïsoleerde delen van de pooltangen mogen elkaar niet raken. Bovendien mag de aan de pluspool van de accu vastgemaakte kabel niet met elektrisch geleidende delen van de wagen in aanraking komen - gevaar voor kortsluiting!
- De sluitschroeven van de accucellen mogen niet worden geopend.
- Ontstekingsbronnen (open licht, brandende sigaretten, enz.) verwijderd houden van de accu s - explosiegevaar!
- Startkabels zo leggen dat ze niet door draaiende delen in de motorruimte van de andere wagen kunnen worden geraakt.
VOORZICHTIG
Let erop dat de hiervoor beschreven handelingen voor het aansluiten van de startkabels gelden als uw wagen starthulp krijgt. Als u aan een andere wagen starthulp geeft, moet u de massakabel (-) aan een massief, vast op het motorblok geschroefd metalen onderdeel of aan het motorblok zelf vastmaken. Als bij de accu van de stroomontvangende wagen de lucht niet naar buiten wordt afgevoerd, bestaat er explosiegevaar door knalgas!
Let op
Let erop dat de aangesloten startkabels voldoende contact met het metaal hebben.