Het systeem controleert voor en tijdens elke stopfase of aan bepaalde voorwaarden is voldaan en beslist afhankelijk van de situatie, of en hoe lang de motor wordt afgezet. Als er bijvoorbeeld sprake is van een hoog stroomverbruik, wordt de motor niet afgezet. De volgende factoren beïnvloeden onder andere het automatische starten resp. stoppen van de motor:

Als op het scherm in het instrumentenpaneel het controlelampje verschijnt, wordt de motor niet afgezet.