|
Geldt voor wagens met handmatig verstelbare stoelen
-1- - Stoel naar voren of achteren: hendel omhoogtrekken en de stoel verschuiven.
-2- - Stoel omhoog of omlaag: hendel omhoog- of omlaagbewegen.
-3- - Rugleuning steiler of vlakker: aan het handwiel draaien.
-4- - Dijbeensteun*,
langer of korter maken: greep optillen. De steun wordt door veerkracht naar voren geschoven.
-5- - Zitting kantelen*,
: aan de hendel trekken of erop drukken.
-6- - Lendensteun*,
instellen: op de betreffende plek van de knop drukken.
ATTENTIE
- Bestuurdersstoel alleen bij stilstaande wagen verstellen - gevaar voor ongevallen!
- Voorzichtig bij het verstellen van de stoelhoogte! Als u onoplettend of zonder controle verstelt, kunnen verwondingen door knellen ontstaan.
- Tijdens het rijden mogen de rugleuningen van de voorstoelen niet te schuin naar achteren staan, omdat anders de werking van de veiligheidsgordels en van het airbagsysteem aanzienlijk wordt belemmerd – gevaar voor verwondingen!