- Afb. 1 Geactiveerde hoofdairbags
Het gevaar voor verwondingen aan hoofd en bovenlichaam wordt bij botsingen van opzij door volledig geactiveerde airbags gereduceerd.
Bij bepaalde aanrijdingen van opzij wordt de hoofdairbag aan de betreffende zijde van de wagen geactiveerd Afb. 1. Afhankelijk van de ongevalssituatie kunnen meerdere airbagsystemen worden geactiveerd.
Als het systeem wordt geactiveerd, worden de luchtzakken met drijfgas gevuld en ontvouwen deze zich voor de ruiten inclusief de portierstijlen. De beschermende werking van het systeem geldt dus aan de zijde van het ongeval zowel voor de inzittenden voorin als voor de inzittenden achterin. Het botsen van het hoofd tegen delen van de binnenruimte of tegen voorwerpen buiten de wagen wordt door de geactiveerde hoofdairbag gedempt. Door de vermindering van de belasting van het hoofd en door minder sterke hoofdbewegingen wordt bovendien de belasting van de hals minder.
De airbag wordt in enkele fracties van een seconde en met hoge snelheid opgeblazen om bij een ongeval extra bescherming te kunnen bieden. Bij het activeren van de airbag komt fijn stof vrij. Dat is volledig normaal en betekent niet dat er in de wagen brand is uitgebroken.