- Afb. 1 Overzicht instrumentenpaneel
De koelvloeistoftemperatuurmeter -1- Afb. 1 werkt alleen bij ingeschakeld contact. Let op de volgende aanwijzingen bij de temperatuurvelden om motorschade te voorkomen.
Koud bereik
Als de naald nog in het onderste bereik van de schaal staat, heeft de motor zijn bedrijfstemperatuur nog niet bereikt. Hoge motortoerentallen, volgas en sterke motorbelasting vermijden!
Normaal bereik
De motor heeft zijn bedrijfstemperatuur bereikt, als de naald bij een normale rijstijl in het middelste bereik van de schaal terechtkomt. Bij sterke motorbelasting en hoge buitentemperaturen kan de naald ook verder naar boven gaan. Dit is niet bezwaarlijk, zolang het controlelampje
op het display in het instrumentenpaneel niet gaat branden.
Als de naald in het bovenste bereik staat, is de koelvloeistoftemperatuur te hoog. Bovendien brandt het controlelampje
Link.
Voorzichtig!
- Extra lampen en andere aanbouwdelen vóór de koelluchtinlaat verslechteren de koelende werking van de koelvloeistof. Bij hoge buitentemperaturen en sterke motorbelasting ontstaat er gevaar voor oververhitting van de motor!
- De voorspoiler zorgt ook voor de juiste verdeling van de koellucht tijdens het rijden. Als de spoiler is beschadigd, wordt de koelende werking minder en bestaat het gevaar van oververhitting van de motor! Een (Audi-)specialist inschakelen.
Aanwijzing
Dieselmotoren: vanwege het hoge rendement van deze motoren kan het voorkomen dat bij koude buitentemperaturen de bedrijfstemperatuur niet altijd wordt bereikt. Dit is normaal en daarom geen reden om u zorgen te maken.