Als de veiligheidsgordel op de zitplaatsen achterin wordt omgegespt of losgegespt, gaat het betreffende controlelampje kort branden.
- Als het controlelampje kort brandt, is de betreffende zitplaats achterin vrij.
resp. - Wanneer het controlelampje kort gaat branden, is de veiligheidsgordel achterin omgegespt.
resp. - Als het controlelampje knippert, is de veiligheidsgordel tijdens het rijden losgegespt. Vanaf een bepaalde rijsnelheid klinkt bovendien een akoestisch waarschuwingssignaal.
Let op
Meer aanwijzingen voor de veiligheidsgordels link►.