Gebruiksaanwijzing AUDI A3 CABRIOLET
Audi A3 Cabriolet  Starten en rijden  Openen en sluiten  Centrale vergrendeling
De wagen kan centraal worden ontgrendeld en vergrendeld. Afhankelijk van de wagenuitvoering bestaan de volgende mogelijkheden:
  • Sleutel met radiografische afstandsbediening Link
  • Slotcilinder van het bestuurdersportier Link of
  • Sensor in de voorportiergrepen bij wagens met comfortsleutel* Link,
  • Knop voor centrale vergrendeling aan binnenzijde Link.
Selectieve portierontgrendeling
Bij het vergrendelen worden de portieren en de achterklep vergrendeld. Of bij het ontgrendelen alleen het bestuurdersportier of de gehele wagen ontgrendeld moeten worden, kunt u in de MMI* instellen Link.
Automatisch sluiten (Auto Lock)
De functie Auto Lock vergrendelt vanaf een snelheid van ca. 15 km/h de portieren en de achterklep.
De wagen wordt weer ontgrendeld, wanneer de sleutel uit het contact wordt getrokken. Bovendien kan de wagen worden ontgrendeld door de ontgrendelingsfunctie in de knop voor de centrale vergrendeling of een van de slotgrepen te bedienen. De functie Auto Lock kan op de radio of in de MMI* worden in- en uitgeschakeld Link.
Bovendien worden bij een ongeval met airbagactivering portieren automatisch ontgrendeld om hulpverleners toegang tot de wagen te verschaffen.
Knipperlichten
Bij het ontgrendelen knipperen de knipperlichten tweemaal, bij het vergrendelen eenmaal.
Als het knipperen uitblijft, is bijvoorbeeld een portier of de motor- of achterklep niet goed gesloten of het contact nog ingeschakeld (het laatste geldt voor wagens met comfortsleutel).
Onbedoeld buitensluiten
In de volgende gevallen wordt voorkomen, dat u uw sleutel met radiografische afstandsbediening in de wagen insluit:
  • Bij het vergrendelen met de knop voor centrale vergrendeling wordt de wagen bij geopend bestuurdersportier niet vergrendeld Link.
  • Als bij wagens met comfortsleutel* de als laatste gebruikte sleutel in de bagageruimte ligt, wordt de achterklep na het sluiten automatisch weer ontgrendeld.
Vergrendel uw wagen pas met de sleutel met radiografische afstandsbediening resp. comfortsleutel*, als alle portieren en de achterklep zijn gesloten. U voorkomt daarmee dat u ongewild wordt buitengesloten.
Aanwijzing
  • Nooit waardevolle voorwerpen onbeheerd in de wagen achterlaten. Ook een vergrendelde wagen is geen kluis!
  • Wanneer u de wagen vergrendelt, knippert de led in de bekleding van het bestuurdersportier. Indien de led na het vergrendelen ca. 30 seconden brandt, is er een storing in de centrale vergrendeling opgetreden. De storing door een (Audi-)specialist laten verhelpen.

Alle afbeeldingen, logo's en teksten zijn eigendom van Audi ©. Deze website heeft geen relatie met het bedrijf Volkswagen - Audi Spanje of een van haar dochterondernemingen ter wereld. Meer informatie. Om contact op te nemen met de auteur van deze website, klik hier.