|
|
Aardgasaandrijving*:
let ook op de informatie vanaf link►
.
Plug-inhybrideaandrijving*:
let ook op de aanwijzingen vanaf link►
Als de centrale vergrendeling wordt bediend, wordt de tankklep automatisch ont- of vergrendeld.
Tankdop openen
(Geldt voor wagens met plug-inhybrideaandrijving: ) let op de aanwijzingen vanaf link►
.
(Geldt voor wagens zonder plug-inhybrideaandrijving: ) om te openen op de linkerzijde van de tankklep -pijl- Afbeelding301►
drukken.
Tankdop linksom losdraaien.
Tankdop boven op de geopende tankklep plaatsen Afbeelding302►
.
Tankdop sluiten
Tankdop op de vulopening rechtsom draaien, tot de dop hoorbaar vastklikt.
De tankklep sluiten tot deze goed vastklikt.
Zodra het volgens de voorschriften bediende vulpistool voor de eerste keer is uitgeschakeld, is de brandstoftank "vol". Daarna niet verder tanken, omdat anders ook de expansieruimte in de tank met brandstof wordt gevuld.
De juiste brandstofsoort voor de wagen staat op een sticker aan de binnenzijde van de tankklep. Meer aanwijzingen met betrekking tot de brandstof link►
.
De inhoud van de brandstoftank van uw wagen staat vermeld in de Technische gegevens
link►
.
ATTENTIE
Brandstof is licht ontvlambaar en kan zware brandwonden en andere verwondingen veroorzaken.
- Om veiligheidsredenen moet vóór het tanken de interieurverwarming* worden uitgeschakeld.
- Wij adviseren u om veiligheidsredenen geen jerrycans met brandstof te vervoeren. Bij een ongeval kan de jerrycan worden beschadigd en kan er brandstof weglopen.
- Wettelijke voorschriften bij gebruik, opslag en vervoer van jerrycans met brandstof in acht nemen.
- Wanneer u uw wagen of een jerrycan met brandstof vult, niet roken en open vuur uit de buurt houden - explosiegevaar!
- Wanneer u in uitzonderingsgevallen toch brandstof in een jerrycan moet vervoeren, let dan op het volgende:
- Nooit de jerrycan met brandstof vullen, terwijl deze in of op de wagen staat. Bij het vullen ontstaat elektrostatische oplading, die de brandstofdampen kan ontsteken - explosiegevaar! De jerrycan tijdens het vullen altijd op de grond zetten.
- Het vulpistool zo ver mogelijk in de vulopening van de jerrycan steken.
- Bij jerrycans van metaal moet het vulpistool tijdens het vullen contact maken met de jerrycan. Hierdoor wordt statische lading voorkomen.
- Geen brandstof in de wagen of de bagageruimte morsen. Verdampende brandstof is explosief - levensgevaar!
VOORZICHTIG
- Gemorste brandstof, direct van de wagenlak verwijderen - gevaar voor lakschade!
- De brandstoftank nooit helemaal leegrijden. De onregelmatige brandstofvoorziening kan tot overslaan van de ontsteking leiden. Daardoor komt er onverbrande brandstof in de uitlaat - gevaar voor beschadiging van de katalysator!
- (Geldt voor wagens met dieselmotor: ) als de brandstoftank volledig is leeggereden, moet na het tanken gedurende ten minste 30 seconden het contact worden ingeschakeld zonder de motor te starten. Als u daarna start, kan het langer duren dan normaal - tot maximaal een minuut -, voordat de motor aanslaat. Dat komt doordat het brandstofsysteem tijdens het starten eerst moet worden ontlucht.
Milieu-aanwijzing
In de brandstoftank niet te veel brandstof tanken - bij verwarming kan er anders brandstof naar buiten stromen.
Let op
Brandstof kan verouderen en mogelijk tot startproblemen leiden. Wij adviseren daarom binnen zes maanden nieuwe brandstof te tanken.
Let op
Geldt voor wagens met dieselmotor
Dieselwagens zijn uitgerust met een beveiliging tegen verkeerd tanken1). Daardoor kan de tank alleen met een dieselvulpistool worden gevuld.
- Een versleten, beschadigd of te klein vulpistool kan de beveiliging tegen verkeerd tanken mogelijk niet openen. U kunt proberen het vulpistool voor het insteken in de tankvulopening te verdraaien, een andere pomp kiezen of een (Audi) specialist raadplegen.
- Bij het tanken met een jerrycan gaat de bescherming tegen verkeerd tanken niet open. U kunt dit omzeilen, door de diesel langzaam bij te vullen.
Let op
De tankklep van uw wagen wordt niet vergrendeld, als u de wagen van binnenuit vergrendeld.
Let op
Geldt voor wagens met Totalflex-motor
Als de brandstoftank volledig is leeggereden, tank dan de laatstgebruikte brandstof (benzine of ethanol). Anders kunnen er startproblemen ontstaan en kan gedurende enkele kilometers een vermindering van het motorvermogen voorkomen.