Geldt voor wagens met laptimer
Voorwaarde: de laptimer werd geopend link►
.
Rondetijden meten
Om de tijdmeting handmatig te starten, kiest u het menupunt
Ronde 1 met OK resp.
Ronde 1 starten.
(Geldt voor wagens met Audi virtual cockpit: ) om bij het wegrijden automatisch met de tijdmeting te starten, kiest u het menupunt
Ronde 1 met wegrijden of
Start met wegrijden.
Om de tijdmeting handmatig te starten, kiest u het menupunt
Nieuwe ronde met OK resp.
Nieuwe ronde. Hiermee wordt gelijktijdig de meting van de volgende ronde gestart.
Nadat een ronde is afgesloten, wordt het verschil ten opzichte van de beste rondetijd met een "
"/
of "+"/
weergegeven.
"/
of "+"/
weergegeven.
Tijdmeting onderbreken (pauze) en tussentijd weergeven
Om een pauze
in te lassen, kiest u het menupunt
Pauze.
in te lassen, kiest u het menupunt
Pauze.
Om de tijdmeting voort te zetten, kiest u het menupunt
Voortzetten met OK resp.
Voortzetten.
Om een tussentijd weer te geven, kiest u het menupunt
Tussentijd. De tussentijd
verschijnt gedurende ongeveer 10 seconden in het instrumentenpaneel. De actuele rondetijd loopt hierbij verder.
verschijnt gedurende ongeveer 10 seconden in het instrumentenpaneel. De actuele rondetijd loopt hierbij verder.
Tijdmeting resetten
Met het multifunctiestuurwiel het menupunt
Resetten resp.
Tijden resetten kiezen.
Let op
- Er kunnen maximaal 30 (analoog instrumentenpaneel) resp. 99 (Audi virtual cockpit*) rondetijden worden gemeten.
- Als de tijdmeting voor een pauze onderbroken is, kan deze ook na het uitschakelen van het contact op een later tijdstip worden voortgezet.
- Opgeslagen rondetijden kunnen niet afzonderlijk uit het eindresultaat worden gewist.
- De opgeslagen waarden van de laptimer blijven ook na uitschakeling van het contact bewaard.