|
Geldt voor wagens: met laptimer (S-typen) en multifunctiestuurwiel
De snelste, langzaamste en gemiddelde rondetijd kunnen worden geanalyseerd.
Na het analyseren van de rondetijden kunt u de bestaande rondemeting voorzetten of opnieuw beginnen, d.w.z. weer met ronde 1 starten.
Om de tijdmeting te analyseren het menuwieltje -A- Afb. 2 draaien tot in regel -4- Afb. 3 Statistiek verschijnt. Op menuwieltje -A- drukken om de keuze te bevestigen. Op het display verschijnen de snelste ronde „+“, de langzaamste ronde „
“ en de gemiddelde tijd „Ø“. Om de afzonderlijke rondetijden te laten weergeven, draait u het menuwieltje -A- naar beneden 
of naar boven 
.
“ en de gemiddelde tijd „Ø“. Om de afzonderlijke rondetijden te laten weergeven, draait u het menuwieltje -A- naar beneden of naar boven .Om de begonnen rondemeting voort te zetten op het menuwieltje -A- drukken.
Om de tijdregistratie op nul terug te zetten, eerst menuwieltje -A- indrukken. Vervolgens het menuwieltje -A- Afb. 2 draaien tot in regel -4- Afb. 3 Terugzetten verschijnt. Op menuwieltje -A- drukken om de keuze te bevestigen.
Om de laptimer zo nodig voor nieuwe rondetijden opnieuw te starten, op het menuwieltje -A- drukken.
Om de laptimer te verlaten, op het multifunctiestuurwiel toets -B- indrukken en het menuwieltje -A- Afb. 2 zo ver draaien dat een nieuw menupunt verschijnt. Op menuwieltje -A- drukken om de keuze te bevestigen.
Verklaring van de analyse Afb. 1:
| -A- |
Totaal aantal ronden |
| -B- |
 : beste rondetijd |
| -C- |
: slechtste rondetijd |
| -D- |
 : gemiddelde rondetijd |
| -E- |
/ : onder/boven op volgende pagina's. |
| -F- |
Vermeldingen wissen resp. terug naar ronde-/tijdmeting |
Aanwijzing
- Opgeslagen rondetijden kunnen niet afzonderlijk uit het eindresultaat worden gewist.
- De opgeslagen waarden van de laptimer blijven ook na uitschakeling van het contact bewaard.