|
Geldt voor wagens: met laptimer (S-typen)
De snelste, langzaamste en gemiddelde rondetijd kunnen worden geanalyseerd.
Na het analyseren van de rondetijden begint de rondemeting opnieuw, d.w.z. weer bij ronde 1.
Om de tijdmeting te analyseren, de RESET-toets -A- Afb. 2 ingedrukt houden. Op het display verschijnen de snelste ronde „+“, de langzaamste ronde „
“ en de gemiddelde tijd „Ø“.
“ en de gemiddelde tijd „Ø“.Om de tijdmeting op nul terug te zetten, opnieuw gedurende ca. 2 seconden op de RESET-toets drukken.
Om de laptimer zo nodig voor nieuwe rondetijden opnieuw te starten, op het bovenste gedeelte van de tuimelschakelaar -B- Afb. 2 drukken.
Om de laptimer te verlaten, kort op de RESET-toets drukken.
Verklaring van de analyse Afb. 1:
| -A- |
Totaal aantal ronden |
| -B- |
 : beste rondetijd |
| -C- |
: slechtste rondetijd |
| -D- |
 : gemiddelde rondetijd |
| -E- |
 /  : onder/boven op volgende pagina's. |
| -F- |
Vermeldingen wissen resp. terug naar ronde-/tijdmeting |
Aanwijzing
- Opgeslagen rondetijden kunnen niet afzonderlijk uit het eindresultaat worden gewist.
- De opgeslagen waarden van de laptimer blijven ook na uitschakeling van het contact bewaard.