►Audi A3 ►Aanwijzingen voor het rijden ►Intelligente techniek
◀Elektronische stabiliseringscontrole (ESC)
De ESC draagt bij aan de rijveiligheid. Het reduceert het slipgevaar en verbetert de rijstabiliteit van de wagen. Rijdynamische grensgevallen, zoals bijvoorbeeld oversturen en ondersturen van de wagen of doordraaien van de aangedreven wielen, worden door de ESC herkend. Door gerichte remingrepen of een reductie van het motorkoppel wordt de wagen gestabiliseerd. Zodra de ESC ingrijpt, knippert het controlelampje
in het instrumentenpaneel.
In de ESC zijn het antiblokkeersysteem (ABS), de remassistent, de aandrijfslipregeling (ASR), het elektronische sperdifferentieel (EDS), het elektronische dwarssperdifferentieel* (voorwielaandrijving), de wielselectieve koppelaansturing* (4-wielaandrijving) en de aanhangwagenstabilisator*
►Link geïntegreerd. De ESC ondersteunt de stabilisering van de wagen bovendien door een verandering van het stuurmoment.
Antiblokkeersysteem (ABS)
Het ABS voorkomt dat de wielen blokkeren, wanneer wordt geremd tot kort voor stilstand van de wagen. Daardoor blijft de wagen ook bij een noodstop bestuurbaar. Het rempedaal zonder onderbreking intrappen - niet pompen! Dat er wordt geregeld merkt men aan het pulseren van het rempedaal.
Remassistent (BAS)
De remassistent kan de remweg verkorten. De remkracht wordt verhoogd, als de bestuurder in noodsituaties het rempedaal snel intrapt. Daarbij moet het rempedaal ingetrapt blijven, tot het gevaar geweken is. Bij wagens met adaptive cruise control* reageert de remassistent gevoeliger, wanneer er een te geringe afstand tot een voorligger wordt herkend.
Aandrijfslipregeling (ASR)
De aandrijfslipregeling vermindert de aandrijfkracht van de motor bij doordraaiende wielen en past de kracht aan de rijbaanomstandigheden aan. Daardoor wordt het wegrijden, accelereren en bergopwaarts rijden vergemakkelijkt.
Elektronisch sperdifferentieel (EDS)
Het elektronische sperdifferentieel remt een doordraaiend wiel af en draagt de aandrijfkracht over op het andere resp. de andere aangedreven wiel(en) (4-wielaandrijving*). Deze functie is beschikbaar tot een snelheid van ongeveer 100 km/h.
Het EDS schakelt bij buitengewoon sterke belasting automatisch uit, opdat de schijfrem van het afgeremde wiel niet oververhit raakt. De wagen blijft functioneren. Zodra de rem is afgekoeld, wordt het EDS automatisch weer ingeschakeld.
Aanhangwagenstabilisator*
Als u met uw wagen een aanhangwagen trekt, geldt het volgende: wagens met aanhangwagen neigen over het algemeen tot slingeren. Als slingerbewegingen van de aanhangwagen op de trekkende wagen worden overgedragen en de ESC herkent dit, dan wordt de trekkende wagen binnen de systeembeperkingen automatisch door de elektronische stabiliseringscontrole vertraagd en stabiliseert de wagen met aanhangwagen zich. De aanhangwagenstabilisator is niet in alle landen beschikbaar.
Elektronisch dwarssperdifferentieel*/wielselectieve koppelaansturing*
Bij het rijden door bochten werkt een elektronisch dwarssperdifferentieel (voorwielaandrijving) resp. een wielselectieve koppelaansturing (4-wielaandrijving). Het binnenste voorwiel resp. de binnenste wielen wordt/worden in de bocht gericht afgeremd. Daardoor wordt het schuiven over de voorwielen geminimaliseerd en kunnen bochten precies en neutraal worden genomen. Bij nat wegdek en sneeuw grijpt het betreffende systeem onder bepaalde omstandigheden niet in.
Remassistent vervolgongeval
De „remassistent vervolgongeval“ kan de bestuurder bij een ongeval ondersteunen en het slipgevaar en het gevaar van verdere botsingen tijdens het ongeval verminderen door een automatisch gestarte remingreep.
De „remassistent vervolgongeval“ werkt bij frontale botsingen, botsingen van opzij en aanrijdingen van achteren, als het airbagregelapparaat een overeenkomstige activeringsdrempel bij het ongeval vaststelt en het ongeval bij een rijsnelheid hoger dan 10 km/h plaatsvindt. De elektronische stabiliseringscontrole remt de wagen automatisch af, wanneer de elektronische stabiliseringscontrole, het hydraulische remsysteem en de elektrische installatie bij het ongeval onbeschadigd blijven.
De volgende activiteiten verhinderen de automatische remingreep bij een ongeval:
- Wanneer de bestuurder het gaspedaal intrapt. Er wordt niet automatisch afgeremd.
- Wanneer de remdruk door het ingetrapte rempedaal groter is, dan de door het systeem gestarte remdruk. De wagen wordt handmatig geremd.
- Als er een storing in de elektronische stabiliseringscontrole is, is de remingreep van de „remassistent vervolgongeval“ niet beschikbaar.
ATTENTIE!
- Ook ESC, ABS, ASR, EDS, elektronisch dwarssperdifferentieel resp. wielselectieve koppelaansturing kunnen de natuurkundige grenzen niet overwinnen. Dit geldt in het bijzonder bij glad of nat wegdek. Als de systemen in het regelbereik komen, dient de snelheid direct aan de weg- en verkeersomstandigheden te worden aangepast. De aangeboden hogere veiligheid mag geen aanleiding zijn tot het nemen van grotere risico's - gevaar voor ongevallen!
- Let op dat het gevaar voor ongevallen groter wordt als u snel rijdt, vooral in bochten en bij een gladde of natte rijbaan, en wanneer u te weinig afstand houdt. Ongevallen kunnen ook door ESC, ABS, de remassistent, EDS, elektronisch dwarssperdifferentieel resp. wielselectieve koppelaansturing en ASR niet worden verhinderd - gevaar voor ongevallen!
- Bij accelereren op een gelijkmatig gladde rijbaan, bv. bij ijs en sneeuw, voorzichtig gas geven. De aangedreven wielen kunnen ondanks de ingebouwde regelsystemen doordraaien en daardoor de rijstabiliteit beïnvloeden - gevaar voor ongevallen!
Aanwijzing
- Alleen als alle vier de wielen dezelfde banden hebben, kunnen ABS en ASR zonder storingen werken. Verschillende afrolomtrekken van de banden kunnen tot een niet-gewenste reductie van het motorvermogen leiden.
- Als de beschreven systemen ingrijpen kunnen bedrijfsgeluiden optreden.
- Als het controlelampje of gaat branden, kan er een storing opgetreden zijn ►Link.