Passagiers achterin moeten rechtop zitten, de voeten in de voetenruimte houden en de gordel juist hebben omgegespt.
Om het risico van lichamelijk letsel bij plotseling remmen of een ongeval te verminderen, moeten de passagiers achterin op het volgende letten:
Als er op de zitplaatsen achterin personen vervoerd worden, moeten de hoofdsteunen van de bezette zitplaatsen helemaal omhoog gezet worden
►Link.
Beide voeten in de voetenruimte voor de achterbank laten.
Veiligheidsgordel juist omgespen
►Link.
Een geschikt kinderveiligheidssysteem gebruiken, wanneer u kinderen in de wagen meeneemt
►Link.
ATTENTIE!
Een verkeerde zithouding van de passagiers achterin kan ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
- Hoofdsteunen juist verstellen om de optimale beschermende werking te bereiken.
- De optimale beschermende werking van de veiligheidsgordels wordt alleen bereikt wanneer de rugleuning in een rechte stand staat en de passagiers de veiligheidsgordel goed hebben omgegespt. Als de passagiers achterin niet rechtop zitten, is het gevaar voor verwondingen door een verkeerd gordelverloop groter.