Alle ruiten en het glazen panoramadak*
kunnen tegelijk worden geopend en gesloten.
Comfortopenen
Knop op de sleutel met radiografische afstandsbediening resp. de comfortsleutel indrukken tot alle ruiten en het glazen panoramadak*
de gewenste stand hebben bereikt.
Sleutel in het slot van het bestuurdersportier in de ontgrendelingsstand houden tot alle ruiten en het glazen panoramadak*
de gewenste stand hebben bereikt.
Comfortsluiten
Knop op de sleutel met radiografische afstandsbediening resp. de cpmfortsleutel indrukken tot alle ruiten en het glazen panoramadak*
zijn gesloten ATTENTIE!, of
Sleutel in het slot van het bestuurdersportier in de vergrendelingsstand houden, tot alle ruiten en het glazen panoramadak*
zijn gesloten.
Comfortsluiten met de comfortsleutel*
Sensor op de voorste portiergreep aanraken tot alle ruiten en het glazen panoramadak*
zijn gesloten. Laat uw hand daarbij niet op de portiergreep rusten.
Comfortopenen instellen
Het instellen gebeurt bij wagens met bestuurdersinformatiesysteem*
via het infotainment*
.
Kies: functietoets CAR > keuzetoets Car systemen*
> Wageninstellingen > Centrale vergrendeling > Ruit openen door lang te drukken.
Om het comfortopenen van de ruiten en het glazen panoramadak*
mogelijk te maken, moeten de functies ruiten voor, ruiten achter*
en schuifdak*
ingeschakeld zijn.
- Nooit achteloos of ongecontroleerd de ruiten en het glazen panoramadak* sluiten – gevaar voor verwondingen!
- Om veiligheidsredenen mogen de ruiten alleen op een afstand van ca. 2 meter van de wagen met de sleutel met radiografische afstandsbediening worden geopend en gesloten. Tijdens het bedienen van de knop altijd naar het omhoogschuiven van de ruiten kijken, opdat niemand klem komt te zitten. Als u de vergrendelingsknop loslaat, wordt het sluiten direct afgebroken.