-
- Afb. 1 Menu's en symbolen
Geldt voor wagens: met telefoon
Kies de toets TEL > keuzetoets
Instellingen.
Bellen via
Mobiele telefoon: u belt via uw
mobiele telefoon, die u via Handsfree
verbindt, en bent overeenkomstig bereikbaar onder het telefoonnummer
van de simkaart in de mobiele telefoon. U gebruikt de simkaart
in de simkaartlezer*
uitsluitend
voor Audi connect diensten
Link.
Ingestoken simkaart: u gebruikt
de simkaart in de simkaartlezer*
zowel voor telefoongesprekken als ook voor Audi connect diensten.
Uw telefoongesprekken voert u via de buitenantenne van de wagen
voor geoptimaliseerde spraak- en ontvangstkwaliteit. Voor de
telefoonopties bent u bereikbaar onder het telefoonnummer van
de simkaart in de simkaartlezer*
.
Afhankelijk van de soort simkaart kan dit hetzelfde telefoonnummer
bij het bestaande mobiele-telefooncontract van uw mobiele telefoon
zijn (twin-/multisimkaart) of een ander telefoonnummer bij een
apart mobiele-telefooncontract.
Nadat u van optie bent veranderd, wordt de MMI opnieuw opgestart.
Gespreksopties
Doorschakeling: het doorschakelen
van inkomende oproepen naar uw voicemail of een ander telefoonnummer
kan worden geactiveerd of
gedeactiveerd. Met de functie
Alle doorsch. deactiveren worden
alle ingestelde doorschakelingen opheven.
Optie wachtfunctie1):
de aanwijzing (signaaltoon) voor een inkomende oproep tijdens
een telefoongesprek kan geactiveerd
of gedeactiveerd worden. Met
Status controleren wordt opgevraagd,
of deze functie in- of uitgeschakeld is.
Eigen nummer meezenden1):
het meesturen van het telefoonnummer bij uitgaande oproepen
kan geactiveerd of
gedeactiveerd worden. Met de instelling
Netwerkafhankelijk wordt de met
de provider contractueel overeengekomen instelling gebruikt.
De instellingen hebben alleen betrekking op het menu
Telefoon in de MMI. Houd er rekening
mee, dat na het verbreken van de Bluetooth-verbinding de instellingen
van uw mobiele telefoon gelden.
Automatisch opnieuw kiezen: bij
ingeschakelde functie (aan) wordt
een telefoonnummer dat in gesprek is automatisch tot vijf keer
gekozen. Met Ophangen kan het automatisch
opnieuw kiezen worden afgebroken. De functie wordt alleen actief,
wanneer het netwerk een in-gesprekstoon meldt.
Automatisch beantwoorden: bij ingeschakelde
functie (aan) wordt een inkomende
oproep na korte tijd automatisch beantwoord.
Telefooninstellingen
Telefoonmodus: om het netwerkgedrag
te optimaliseren, kunt u bij wagens met autotelefoon uit drie
verschillende soorten telefoongebruik kiezen.
Automatisch: de autotelefoon wisselt
afhankelijk van de beschikbaarheid en ontvangst van netwerken
alsmede van de positie van de wagen automatisch tussen UMTS-
(3G) en GSM-netwerken (2G). Bij het gebruik van Google Earth
en WLAN kunnen er beperkingen optreden.
Telefonie geoptimeerd: de autotelefoon
maakt verbinding met het GSM-netwerk (2G). De ontvangst is optimaal
op het gebruik van telefonie afgestemd. Bij het gebruik van
Google Earth en WLAN kunnen er beperkingen optreden. Als u kiest
voor de telefoonmodus Automatisch
of Telefonie geoptimaliseerd, zijn
netwerkspecifieke beperkingen bij het parallele gebruik van
Audi connect diensten en telefoongesprekken mogelijk.
Datadiensten geoptimeerd: de autotelefoon
wordt afhankelijk van de beschikbaarheid en ontvangst van netwerken
en van de positie van de wagen met het UMTS- (3G) of GSM-netwerk
(2G) verbonden. De ontvangst is optimaal op het gebruik van
datadiensten afgestemd. Bij de telefonie kunnen er beperkingen
optreden. Het is raadzaam, deze instelling hoofdzakelijk in
gebieden met goede beschikbaarheid van UMTS-netwerken (3G) te
gebruiken.
Beltoon kiezen2):
de gekozen beltoon wordt kort afgespeeld en is bij het verlaten
van het submenu ingesteld.
Nummerweergave2):
bij ingeschakelde functie (aan)
worden telefoonnummers of namen bij inkomende en uitgaande oproepen
op het MMI-scherm weergegeven. Bij uitgeschakelde functie (uit)
worden in plaats van telefoonnummers of namen sterretjes
******** op het MMI-scherm weergegeven.
Er vindt geen koppeling met opgeslagen telefoonnummers in de
MMI plaats. De oproeplijsten worden niet geactualiseerd.
Oproeplijsten wissen: alle vermeldingen
van de oproeplijsten Gekozen nummers,
Gemiste oproepen of
Beantwoorde oproepen kunnen worden
gewist. Met de functie Alle wissen
worden alle lokale oproeplijsten van de MMI gewist.
Instellingen telefoonnet : onder
Aanmelden kunt u
Automatisch het netwerk van uw
netwerkprovider kiezen of Handmatig
een netwerk kiezen uit een lijst van te ontvangen netwerken.
De beschikbare netwerken op uw huidige positie kunnen in de
Netwerkkeuze worden gekozen. Deze
functie is alleen beschikbaar als bij
Aanmelding handmatig is
ingesteld.
Sms-instellingen: met de functie
Verzonden sms opslaan worden alle
verzonden sms-berichten opgeslagen. Met
Geheugencapaciteit kunt u het aantal
opgeslagen sms-berichten op de simkaart, de resterende geheugenruimte
voor nieuwe sms-berichten op de simkaart en het aantal opgeslagen
sms-sjablonen laten weergeven. Onder Service
center kunt u het nummer van de berichtencentrale opvragen
of wijzigen.
Pincode-instellingen (sim): bij
ingeschakelde (aan) functie
Autom. pincode-ingave (sim) wordt
de pincode van de gebruikte simkaart na de eerste ingave automatisch
in de MMI opgeslagen. Daardoor hoeft de pincode van de simkaart
niet elke keer dat de Bluetooth-verbinding tot stand wordt gebracht
opnieuw te worden ingegeven. In de MMI kunnen de pincodes van
vier verschillende simkaarten worden opgeslagen. Bij uitgeschakelde
functie wordt de momenteel in de MMI opgeslagen simkaartpincode
gewist. Is de functie ingeschakeld, dan volgt er geen
Pincode-afvraag (sim). Bij de instelling
Pincode-afvraag (sim)
activeren wordt de simkaartpincode
gevraagd, telkens wanneer wordt ingeschakeld. Bij
Deactiveren volgt bij het inschakelen
geen Pincode-afvraag (sim). De
instelling Auto. pincode (sim)-ingave
wordt in dat geval genegeerd. Sommige simkaarten staan het deactiveren
van de Pincode-afvraag (sim) niet
toe. Onder Pincode (sim) wijzigen
kunt u de pincode van uw simkaart wijzigen. Geef eerst de huidige
pincode van uw simkaart in. De simkaartpincode mag alleen bestaan
uit de cijfers 0 t/m 9. De nieuwe simkaartpincode moet om veiligheidsredenen
tweemaal ingegeven worden en wordt op de simkaart opgeslagen.
Indien de simkaartpincode wordt gewijzigd en de simkaart zit
in een verbonden mobiele telefoon met sim access-profiel, moet
na het verbreken van de Bluetooth-verbinding met de autotelefoon
de nieuwe simkaartpincode ook op de mobiele telefoon ingegeven
worden. Anders bent u niet bereikbaar.
Voicemailnummer: via het ingavescherm
Nummer kan het voicemailnummer
via het letter-cijferscherm ingegeven resp. bewerkt worden.
Door het voicemailnummer op te slaan kan de voicemail via het
symbool
in het letter-cijferscherm
opgeroepen worden. Via de functie Nummer
voicemail wissen wordt het opgeslagen voicemailnummer
gewist.

Oproeplijsten hersorteren: de telefoonnummers
in de oproeplijsten worden op tijdstip gesorteerd. Bij ingeschakelde
functie (Aan) vindt de sortering
in omgekeerde volgorde plaats.
Serienummer (IMEI): het serienummer
van de in de MMI ingebouwde telefoonmodule wordt weergegeven.
Bluetooth
Bluetooth: de Bluetooth-functie
van de MMI kan worden aan- en
uitgezet. Bij ingeschakelde functie
(aan) verschijnt het Bluetooth-symbool
-14-
Afb.
1 op het MMI-scherm.
Voor anderen zichtbaar: de zichtbaarheid
van de MMI in de mobiele telefoon of in de Bluetooth-audioplayer
wordt aan- en
uitgezet. Bij de instelling
auto is de MMI bij stilstaande
wagen en ingestoken contactsleutel ongeveer vijf minuten zichtbaar
voor mobiele telefoons of Bluetooth-audioplayers. Daarna wordt
de zichtbaarheid uitgeschakeld. Bij uitgeschakelde zichtbaarheid
kan er desondanks een Bluetooth-verbinding met reeds verbonden
mobiele telefoons of afspeelapparaten tot stand worden gebracht.
Om de autotelefoon voor anderen onzichtbaar te maken, moet de
functie na het verbinden uitgeschakeld
worden. Wanneer via een gekoppelde Bluetooth-audioplayer audiobestanden
worden weergegeven, wordt de zichtbaarheid van de MMI automatisch
uitgeschakeld, omdat de weergave
anders gestoord zou kunnen worden.
Bluetooth-audioplayer: om de
Bluetooth-audioplayer als bron
in het menu Media te kunnen kiezen
Link, moet de functie Bluetooth-audioplayer
zijn ingeschakeld (Aan). Om storingen
in het menu Telefoon of
Media te voorkomen, de functie
Bluetooth-audioplayer uitschakelen
(Uit), wanneer u de Bluetooth-audioplayer
niet gebruikt.
Bluetooth-apparaten zoeken: Bluetooth-apparaten
binnen het bereik worden gezocht en weergegeven.
Gekoppelde Bluetooth-apparaten:
met de MMI verbonden Bluetooth-apparaten worden opgesomd. Het
actief verbonden Bluetooth-apparaat is met het Bluetooth-symbool
gemarkeerd. Om verbonden Bluetooth-apparaten afzonderlijk te
wissen, het apparaat kiezen en via de functie
Bluetooth-apparaat wissen wissen.
Om bij verbonden mobiele telefoons te wisselen tussen het remote
sim access-profiel (Autotelefoon)
en het handsfree-profiel (Handsfree)
of naar het Audioplayer-profiel,
bij stilstaande wagen het Bluetooth-apparaat kiezen en het profiel
wijzigen via de functie Verbinden.
Via de functie Verbreken kan de
verbinding met het verbonden Bluetooth-apparaat verbroken worden.
Bekende apparaten: maximaal 50
reeds bekende apparaten worden vermeld. Deze Bluetooth-apparaten
kunnen eventueel bij een verbindingspoging niet meer binnen
bereik zijn.
Bluetooth-naam: de Bluetooth-naam
van de MMI (bv. „AUDI MMI 2613“) wordt weergegeven en kan gewijzigd
worden.
Externe Bluetooth-apparaten wissen:
alle gekoppelde Bluetooth-apparaten kunnen door bevestigen met
Ja worden gewist.
Verbindingen
Zie vanaf
Link.
Aanwijzing
- Er kunnen meerdere mobiele telefoons met de MMI worden gekoppeld, waarbij slechts één mobiele telefoon actief met de MMI verbonden kan zijn.
- Om alle verbonden Bluetooth-apparaten te wissen, kan de functie Bluetooth worden teruggezet op de fabrieksinstellingen Link.
1) Geldt voor mobiele telefoon met remote
sim access-profiel (rSAP)
2) Afhankelijk van de verbonden mobiele telefoon.