Voorwaarde: de navigatiefunctie is gestart Link en het spraakbedieningssysteem is ingeschakeld Link.
Routegeleiding
Zeg ROUTEGELEIDING STARTEN/ANNULEREN. De routegeleiding wordt gestart/geannuleerd.
Navigatielijsten opvragen
Zeg LAATSTE REISDOELEN, FAVORIETEN of THUISADRES. De aanwijzingen van het spraakbedieningssysteem volgen.
Dynamische filevermijding
Zeg DYNAMISCHE FILEVERMIJDING AAN of UIT. De dynamische filevermijding wordt in- of uitgeschakeld.
Routecriteria
Zeg SNELLE ROUTE, ECONOMISCHE ROUTE of KORTE ROUTE. De route wordt volgens verschillende criteria berekend, of
Zeg ROUTEBESCHRIJVING. Bij actieve routegeleiding kunt u de routebeschrijving bekijken.
Naar een contact in het adresboek navigeren
Zeg NAVIGEER NAAR (XY), bv. NAVIGEER NAAR „PETER MULDER“. Als er aan een adreskaart een navigatiereisdoel is toegewezen, wordt het navigatiereisdoel in het ingaveveld overgenomen en de routegeleiding gestart.
Als een privé en een zakelijk navigatiereisdoel in een kaart zijn opgeslagen, kunt u aan het spraakcommando de commando's PRIVÉ of ZAKELIJK toevoegen, bv. NAVIGEER NAAR PETER MULDER PRIVÉ.
Aanwijzing
Om de gesproken aanwijzingen tijdens de routegeleiding in of uit te schakelen, kunt u het commando NAVIGATIEAANWIJZINGEN AAN of UIT uitspreken Link.